Verkeren met Lea & Paul

20 September 2018

Verkeren met Lea & Paul

Paul is verliefd op Lea. Lea is verliefd op Paul. Zodra het even kan, haasten ze zich naar elkaar toe.

Lea woont in Sint-Amandsberg. Waar vroeger bussen 76, 77 en 78 reden, glijdt nu een comfortabele tram. Van haar huis aan de Oude Bareel is het een korte wandeling – over prima voetpaden – naar haar halte. Lang hoeft ze niet te wachten voor tram 7 eraan komt.

Paul neemt de e-bike in Merelbeke. Van zijn huis naar de snelweg is een korte rit – vrij van vrachtverkeer. De F417, zoals de fietsostrade heet, leidt hem recht naar het hart van Gent.

In de schaduw van de Sint-Baafskathedraal parkeert hij zijn fiets in een gloednieuwe ondergrondse parking. De bewaker daar kent hem al: ‘Bloemen of chocolaatjes vandaag?’

‘Macarons,’ grijnst Paul.

Daarom hebben mensen twee handen: om hand in hand te kuieren terwijl ze snoepen. Zo wandelen Paul en Lea door het centrum. Maar ze zijn ook nieuwsgierig naar het bos dat recent is geopend voor het publiek. Ze stappen dus op ‘den 3’ (ook dat was vroeger een bus) naar de Bourgoyen en wandelen door het bos. ’t Is zulk een mooie dag dat ze nog wat verder wandelen – aan trage wegen geen gebrek. Het wordt al donker wanneer ze zich beginnen af te vragen waar ze ergens zijn. Maar natuurlijk vinden ze ook in Drongen of Wondelgem vlot de weg naar Gent.

Lea leest op haar Smartwatch: ‘We hebben 12 kilometer gewandeld.’

‘Niet slecht voor twee tachtigjarigen,’ vindt Paul.

 

Waar vroeger bus 76, 77 of 78 reed, glijdt nu een comfortabele tram.

Filip Watteeuw: ‘Mobiliteit is mensen bij elkaar brengen: de kinderen veilig bij hun klasgenoten en de ouders op tijd bij hun collega’s. Daarvoor moeten we investeren in meer en beter openbaar vervoer en veilige fietsverbindingen, ook naar de randgemeenten.’

Wij willen méér trams, niet minder. De tram is comfortabel, betrouwbaar en vervoert tot 300 reizigers per rit. Op lange termijn is de tram ook niet duurder dan trambussen. We trekken zo snel mogelijk tram 4 door naar de Dampoort en bouwen buslijnen 7 en 3 om tot een tramlijn. Als de Stad het openbaar vervoer meer in eigen handen neemt, zoals wij voorstellen, gaat het sneller vooruit.

 

 

Van zijn huis naar de snelweg is een korte rit – vrij van vrachtverkeer.

Filip: “De vragen om propere lucht en aangename straten stoppen niet aan de stadsring. Ook in de deelgemeenten doen we wat nodig is.”

In overleg met bewoners en handelaars maken we elke woonwijk vlot bereikbaar, veilig en autoluw. Dat doen we onder andere met specifieke routes voor vrachtverkeer.

 

 

 

 

In de schaduw van de Sint-Baafskathedraal parkeert hij zijn fiets.

Bram Van Braeckevelt:“We zorgen er niet alleen voor dat iedereen veilig kan fietsen, maar ook zijn fiets veilig kan stallen.”

We zorgen voor veel meer fietsenstallingen, ook bewaakte. Onder het Maaseikplein bijvoorbeeld (naast de Sint-Baafskathedraal) kan een fietsenparking komen.

 

 

 

Aan trage wegen geen gebrek.

Yves De Moor: “Dat onze ondernemingen, handelaars en horeca afhankelijk zijn van de auto is een achterhaald idee. Klanten moeten ons vlot kunnen bereiken, daar gaat het om.”

Gent is aan een echte inhaalbeweging bezig op vlak van wandel- en fietsinfrastructuur.

Naast volgehouden investeringen in comfortabele voet- en fietspaden, krijgen fietsers en voetgangers ook een goed leesbaar netwerk, met bewegwijzerde verbindingen van en naar de deel- en randgemeenten.

 

 

‘Niet slecht voor twee tachtigjarigen,’ vindt Paul.

Sara Matthieu: “We geven onze straten en pleinen aan kinderen om te spelen, aan geliefden om elkaar te ontmoeten, aan buren om een praatje te maken.”

In een warme, verbonden stad kan iederéén zich vlot verplaatsen, los van mogelijke fysieke of financiële beperkingen. Wij bestrijden vervoersarmoede met tal van maatregelen: van de Wandelbus tot goedkope taxicheques voor bepaalde doelgroepen, van voorbehouden parkeerplaatsen tot meer comfortabele trams.